Een half jaar geleden ontmoetten wij Baukelien. Gaandeweg ontdekten wij een bijzonder verhaal; in 14 jaar ving Baukelien met haar man en kinderen meer dan 20 baby’s op, soms met de tienermoeder erbij. SafeWings vond dit een bijzonder verhaal, Baukelien niet. Toen we belden voor een interview reageerde ze verrast; “hoezo bijzonder? Zo veel is er niet over te vertellen hoor, dat doe je toch gewoon!” Toch stemde ze toe voor een gesprek. Op een winderige herfstdag schoof ik aan haar keukentafel aan. Met uitzicht op de groene velden van de Hoeksche Waard vertelt Baukelien.
Wij wilden graag iets extra’s doen. We hadden de ruimte en de mogelijkheid om naast onze vier kinderen ook voor andere kinderen iets te betekenen. Ik zag er tegenop om een pleegkind langdurig in ons gezin op te nemen. Misschien ben ik daar niet zo geschikt voor. Vooral dat puberen ligt me niet zo. Maar om een korte periode iets voor een baby te betekenen, dat leek me wel wat. Zo ontstond het; crisisopvang voor baby’s. Soms bleven ze 14 dagen, maar het werd ook een keer 14 maanden. Een baby wordt in een crisisopvang geplaatst als het voor de baby thuis onveilig is. Dat kan om verschillende redenen. Meestal omdat de moeder, tijdelijk, niet stabiel is en zij er ook nog alleen voor staat. Heerlijk om voor de baby te zorgen, dat is het mooiste wat er bestaat. Ja, het is wel een flinke gebeurtenis. Ineens is er een baby in je huis. Die zorg gaat dag en nacht door. Natuurlijk gaat het kindje ook weer weg. Dat is soms wel moeilijk, je raakt toch gehecht. Heel het gezin is dan geraakt. Met zijn allen de baby uitzwaaien en dan is het weer stil in huis. We zijn dan wel een paar dagen in de rouw. Nu ik zo terugkijk heb ik mijn eigen kinderen hier misschien wel mee belast. Toch gaven die korte intensieve periodes mij veel voldoening. Je doet immers iets wat er echt toe doet. Ik heb voor alle baby’s een schriftje bijgehouden. Daarin schreef ik de bijzonderheden van die periode dat ze bij ons waren. Dat gaf ik mee als herinnering. Soms willen de kinderen als ze ouder zijn, weten hoe dat toen zat. Dan hebben ze iets tastbaars. Ja, soms nemen ze wel eens contact op als ze ouder zijn. Van 1 kind weet ik het nog heel goed. Zij vroeg hoe volslagen onbekenden zo van haar als een “vreemde” baby konden houden. Dat betekende veel in het leven van dit kind. Voor mij is dat niet moeilijk hoor. Een baby vraagt toch om een liefdevolle verzorging.
Toen een zeer jonge moeder van haar 8 maanden oude baby steeds maar weer afscheid moest nemen, dachten we dat ze maar beter bij ons kon komen inwonen. Ze bleef 3 maanden. Zo kwam het opnemen van moeder en kind op gang. Ook nu weer voor een tijdelijke crisisopvang. Toen hadden we er ineens een tiener bij, twee pleegkinderen dus. De tienermoeders hebben natuurlijk ook een rugzakje. Kennelijk kan eigen familie of vriendenkring hen niet opvangen. Deze jonge meiden hebben al veel meegemaakt. Daardoor zijn ze niet alleen tiener, maar ook moeder en door alle ervaringen al voor het leven getekend. Dat is echt anders, maar wel mooi. Zo bleek bij onze eerste tienermoeder dat een echt gezinsleven voor haar onbekend was. Samen eten en praten over de dag, bijvoorbeeld. Die gezinswarmte was voor haar echt weldadig en een voorbeeld. Dat hebben we mee kunnen geven. En natuurlijk veel praten met de jonge moeder. Ook belangrijk om soms even geen jonge moeder te zijn en uit te gaan met vriendinnen. Het klikte natuurlijk niet altijd tussen ons als pleeggezin en de jonge moeder. Verschillen in gewoontes, verwachtingen en opvattingen kunnen lastig te overbruggen zijn. Wij vinden het belangrijk dat de jonge moeder zich inzet en het niet van zelfsprekend vindt dat iedereen voor haar klaar staat. Dat ze de wil heeft om te leren en de verantwoordelijkheid voor haar kindje neemt. Niet dat alles direct lukt, natuurlijk niet ze zijn nog jong. Het is wel belangrijk dat er een wederzijdse verbinding is. Anders is het voor iedereen veel te zwaar. Na al die jaren heb ik wel gemerkt dat het opvangen van moeder en kind het beste gaat als je voor hen beide een studio of appartement in of naast je huis hebt. Iets met eigen voorzieningen zoals een keukentje en zo. Dat kan ook een zolder zijn met voorzieningen. Dan hoeft de jonge moeder niet altijd in het gezin mee te draaien. Het kan wel maar moet dan niet. Deze tip geef ik graag aan toekomstige pleegouders. Een andere tip is dat je toch heel goed pleegouder kunt zijn, als je geen langdurige verbinding wilt aangaan. Bij crisisplaatsingen blijven de kinderen immers niet lang. Dat kan handig zijn als je bijvoorbeeld als pleegouders al wat ouder bent en niet een langdurige opvoeding op je wilt nemen, maar je je wel wilt inzetten voor kinderen in nood.
Nu na al die jaren is het tijd voor iets anders. Een baby en zeker met de jonge moeder erbij vindt Baukelien best een zware belasting voor het gezin. Ze heeft nu een baan, ook iets met kinderen natuurlijk. Op mijn vraag of ze nooit meer een baby, met of zonder moeder, in huis neemt, antwoordt ze lachend: je weet maar nooit.
Dan valt mijn oog op een reeks van foto’s. Meer dan 20 baby’s lachen me toe.